Afstand en nabijheid
Afstand en nabijheid: wat is dat? Enerzijds wil je naast jouw medemens staan. Je begrijpt de ander, je kunt je inleven in de ander en je bent betrokken op de ander. Anderzijds is het belangrijk om de juiste afstand te houden. Doe je dat niet dan overschrijd je een grens. In ieder geval de grens van jouw medemens en eigenlijk ook jouw eigen grens. In dit artikel ga ik in op:
- wat betekent afstand en nabijheid?
- wat is emotionele nabijheid?
- afstand en nabijheid in jouw privéleven en in relaties
- wat is professionele nabijheid?
- professionele betrokkenheid voor de hulpverlener
- hoe houd je professionele afstand?
- professionele hulpverlener: wat mag je verwachten?
- afhankelijk of aanhankelijk
- afstand en nabijheid in leidinggevende functies
Doe de test!
Bij De Steven kun je een uitgebreide analyse doen om inzicht te krijgen in jouw kwaliteiten, eigenschappen, persoonskenmerken en valkuilen.
Zo krijg je inzicht in jouw ontwikkeldoelen.
Training en coaching
Wil je een training volgen om te ontdekken waar jouw kwaliteiten liggen? Dat kan! Bekijk de mogelijkheden:
- individuele training: spelen vanuit jouw kwaliteiten
- teamtraining kernkwaliteiten
Wat betekent afstand en nabijheid?
Ik vind het woord afstand niet het mooiste woord. Het associeert met afstandelijk en gevoelloos. Maar daarover gaat het nu niet. Een beter woord is distantie. Dat duidt op de ruimte die er is tussen jou en de medemens. En dat geeft nu precies de kern weer.
Het gaat bij ‘afstand en nabijheid’ niet zozeer om afstand maar meer om ruimte die je de ander geeft of ruimte die de ander ervaart. Wanneer ik het moet definiëren dan kom ik tot het volgende: distantie is het eindpunt van betrokkenheid en het voorkomt overbetrokkenheid.
Sterker nog: de juiste distantie voorkomt dat je terecht komt in een emotionele kluwen of in een emotionele verstrengeling die voor jou en de ander erg ingewikkeld kan worden.
Training en coaching
Wil je leren omgaan met afstand en nabijheid? De Steven is specialist in persoonlijke ontwikkeling! We stellen voor jou een maatwerktraining samen die precies bij jou aansluit. Dat kan voor jou persoonlijk maar ook voor jouw team en organisatie kunnen wij een opmaat-training samenstellen met als thema ’afstand en nabijheid’.
-
Te dichtbij komen
Wanneer je te weinig distantie hebt tot de ander, ervaart de ander te weinig ruimte. Dat kan in tal van situaties maar ik noem wat voorbeelden:
- Je bent bijvoorbeeld zo inlevend dat je je te veel in de wereld van de ander verplaatst zodanig dat je de gevoelens en de emoties van de ander overneemt
- Je voelt je oververantwoordelijk voor de ander
- Je wordt overzorgzaam of te zorgzaam voor de ander
- Je raakt overbetrokken op de ander of op een situatie in het leven van de ander
- Je wordt te begripvol of te inlevend en de pijn of het verdriet van de ander neem je nagenoeg over
- Je bemoeit je te veel met het leven van anderen en je wordt bemoeizuchtig of bemoeiziek
- Je gaat anderen voorschrijven hoe ze hun leven moeten invullen en je wordt betuttelend
- Je gaat je opdringen aan een ander en je wordt te opdringerig
- Je raakt vanuit overgevoeligheid emotioneel verstrengeld met een ander
- Je wordt te behulpzaam of te hulpvaardig en je kunt de grenzen niet meer goed bewaken
- Je maakt je te veel zorgen en je wordt overbezorgd
- Je wordt te loyaal en te aardig
Een gevolg is dat je emotioneel verstrengeld raakt met de ander waarna de weg terug moeilijk c.q. onmogelijk is geworden en dat je niet meer kunt loslaten. Je vereenzelvigt jezelf te veel met de ander. Je bent niet meer objectief. Je bent onvoldoende in staat om de situatie nog in juiste proporties te zien.
-
Koud en koel
De andere kant is er natuurlijk ook. De ander ervaart juist afstand. Je geeft de ander in dat gevoel zoveel ruimte:
- dat het kan leiden tot onzekerheid of twijfel bij de ander
- dat er (te) weinig verbinding is tussen jou en de ander
- dat je kil, koud, gevoelloos of onverschillig overkomt op de ander
- dat de ander het gevoel heeft dat je op geen enkele wijze begaan bent met zijn/haar lot
Partnerrelaties en ouder-kindrelaties
Betrokkenheid en afstand spelen natuurlijk een grote rol in partnerrelaties en ook in ouder-kindrelaties. Meeleven met een ander, betrokken zijn op de ander, zorgzaam zijn, oog hebben voor de ander. Het zijn woorden die ertoe doen in relaties. Echter: de ander ervaart te weinig ruimte wanneer je te veel meeleeft, er te veel bovenop zit of wanneer je normatief wordt voor anderen. Wanneer er overdaad is (te veel van het goede) en wanneer je de ander niet meer voldoende ruimte kunt geven:
- word je afhankelijk van de ander of de ander wordt afhankelijk van jou
- ervaart de ander te weinig leefruimte of bewegingsruimte
- wordt de relatie tussen jou en de ander geschaad
Professioneel betrokken als hulpverlener
Afstand en nabijheid is een leerpunt voor iedere hulpverlener. Of je nu coach bent, stagebegeleider, trainer, maatschappelijk werker, predikant, huisarts, docent, verpleegkundige, therapeut, haptonoom of mediator: het is van belang om met de juiste distantie met jouw klant of cliënt om te gaan. Word je te close met jouw klant of cliënt dan is het in feite een einde van de hulpverlenersrelatie. Op dat moment ben je niet meer in staat om te helpen. Professioneel betrokken blijven en toch de juiste afstand houden: dat is een lastige tweespalt die hoort bij de professionele beroepshouding van de hulpverlener. Wie deze grens overschrijdt creëert problemen voor zichzelf en voor de ander. Je bent dan als hulpverlener terecht gekomen in het moeras waar je geen hulpverleent maar waarbij de problematiek en vraagstukken van jouw klant, cliënt of patiënt tot jouw geestelijke bagage zijn gaan horen. Hieronder tref je enkele voorbeelden uit onze coachingspraktijk:
-
Bijna de big-registratie kwijtgeraakt
Marianne was bijna de big-registratie kwijtgeraakt. Ze werkte al jaren op de kinderafdeling in een ziekenhuis ergens in de Randstad. Ze raakte overbetrokken op een situatie waarbij een kind (patiënt op de afdeling waar Marianne werkte) de dupe werd van spanningen tussen vader en moeder die op dat moment in echtscheiding lagen. In haar (over)betrokkenheid op het kind verloor Marianne haar objectieve benadering als verpleegkundige. Gevolg was dat de moeder een klacht indiende tegen haar en de inspectie onderzoek ging doen wat er precies gebeurd was. Gelukkig liep het met een berisping af maar wel nadat Marianne middels een coachingstraject had aangetoond dat zij echt gewerkt had aan het onderwerp professionele betrokkenheid (c.q. professionele afstand houden).
-
De psycholoog
Een ander voorbeeld is psycholoog Erik. Erik is gehuwd, al jaren psycholoog en hij krijgt een jonge vrouw in traject die hij mag begeleiden. De klik is optimaal. Zij toont haar kwetsbaarheid, is open, laat ook haar gevoelens zien en vertelt ook wat ze mist in haar relatie. Regelmatig geeft ze aan dat ze gemakkelijker met Erik praat dan met haar eigen partner. Voor Erik is dit confronterend. Eigenlijk vindt hij het contact wel heel fijn. Zo af en toe vertelt hij ook wat uit zijn eigen leven. Dat raakt zijn cliënte behoorlijk en er ontstaat iets van emotionele verstrengeling. Het verhaal gaat verder. Op een dag vertelt de cliënte dat ze verliefd is op Erik. Dit verhaal vertelt ze ook thuis met als gevolg dat haar partner een boze email naar de baas van Erik stuurt. Je voelt het al: Erik heeft een probleem! Zonder meteen een oordeel te vellen is er in de zin van distantie houden blijkbaar een grens overschreden.
-
De coach
Een mevrouw kwam in een coachingstraject bij coach Arnold. Zij had weinig zelfvertrouwen, voelde zich onzeker, had een negatief zelfbeeld etc. Arnold wou haar met de beste bedoelingen laten zien dat het eigenlijk een leuk uitziende mevrouw was met een vriendelijk en lief gezicht. Hij uitte dit openlijk richting deze mevrouw. De volgende dag zat Arnold bij zijn leidinggevende op de kamer. Mevrouw vond het ongewenst dat hij zulke opmerkingen maakte tijdens een coachingstraject en ze voelde zich onveilig.
-
Het ligt niet altijd bij de hulpverlener maar de hulpverlener moet er wel mee omgaan!
Een echtpaar verschijnt bij de gynaecoloog. Ze hebben al 3 miskramen meegemaakt en mevrouw is nu voor de vierde keer zwanger. Het echtpaar is gespannen. Ze zijn bang dat het nu weer verkeerd zal gaan. Nadat de nodige onderzoeken zijn gedaan heeft de gynaecoloog goed nieuws. Alles is goed! Het kindje leeft volop! Mevrouw wordt zo blij en raakt zo geëmotioneerd dat ze de gynaecoloog om de hals valt en begint te knuffelen. De gynaecoloog begrijpt dat goed maar voelt er zich toch niet happy bij. Maar ja: wat nu? Wat is eraan te doen?
Waar gaat het mis?
In de hulpverlening gaat er iets mis bij professionele betrokkenheid wanneer:
- de cliënt afhankelijk wordt van de hulpverlener
- de hulpverlener afhankelijk wordt van de cliënt
- de hulpverlener het verhaal en de geschiedenis van de cliënt niet meer kan loslaten en het verhaal mee neemt naar huis
- de hulpverlener te veel de zaken op zichzelf betrekt
- de hulpverlener in de reddersrol terecht komt
- de hulpverlener achter de schermen van alles gaat regelen voor de cliënt wat buiten de vraagstelling valt (hulp verlenen waar niet om gevraagd is)
Oplossing: zoveel mogelijk regels?
Soms menen organisaties het vraagstuk van de professionele beroepshouding te moeten oplossen met regelgeving. Het is de hulpverlener bijvoorbeeld verboden om:
- contact te leggen met de cliënt in privétijd
- contact of verbinding te maken op social media (Linkedin of Facebook)
- privételefoonnummer door te geven
- te appen met de cliënt
- etc
De vraag is of alles te vervatten is in regels. Overigens is het prima dat je er afspraken over maakt samen. Maar belangrijker is dat de hulpverlener zich bewust is van zijn eigen kwetsbaarheid (en ook van de kwetsbaarheid van zijn klant).
Lees ook: liefdesrelaties op het werk, kan dat eigenllijk wel?
Wat mag men van een professionele hulpverlener verwachten?
Ben je professioneel hulpverlener of dienstverlener? Dan schept dat verwachtingen. Men mag van je verwachten dat je:
- de professionaliteit bezit om te kunnen omgaan met afstand en nabijheid
- grenzen kent en ook grenzen aanvoelt, onderkent en respecteert van de ander zelfs al heeft de ander door de verwarde toestand waarin men verkeert niet het vermogen om zelf die grens aan te geven of aan te voelen
- voldoende kunt reflecteren en begrijpt wat voor macht je als hulpverlener hebt of kunt hebben
- je de grens weet (ook op momenten dat jouw klant deze grens niet weet of kent)
- je jouw klant helpt om keuzes te maken en de verantwoordelijkheid voor deze keuzes daar ook laat liggen
- je de begrenzing van jouw eigen professie kent en derden inschakelt wanneer er vraagstukken zijn die buiten jouw vakgebied liggen
- je zelf aangeeft wanneer je niets meer voor jouw cliënt kunt betekenen (aangeven dat jouw toegevoegde waarde ophoudt)
- je voortdurend jouw dienstverlening evalueert met jouw klanten
- je aangeeft wanneer een bepaalde vraagstelling niet bij je past
- je zelf de begrenzing aangeeft wanneer een bepaalde vraagstelling emotie of herinnering oproept uit jouw eigen leven
Professionaliteit begint met zelfkennis: inzicht in jouw kracht en vooral ook inzicht in jouw valkuilen en waar je de neiging hebt om in deze valkuil te stappen. Bij een professionele beroepshouding past zelfkennis (inzicht in eigen mogelijkheden, kracht, zwakten, beperkingen en grenzen).
Uit de praktijk
Iemand schreef me een mail. Ik mocht deze mail citeren: 'Dit is een prachtig en belangrijk onderwerp, en je hebt het mooi en duidelijk verwoord. Nee, ik geloof ook niet in "omgangsregels", maar soms is dat kennelijk toch nodig.
Ik ken uit eigen ervaring en uit verhalen van anderen genoeg hulpverleners met dubieuze motieven, en daar moet je altijd voor waken. Ik vind dat ook een cliënt daarvoor moet waken, maar het is wel waar wat je zegt: die is daar niet altijd toe in staat. Een vriendin vertelde mij eens over een therapeut die haar een ongemakkelijk gevoel gaf met zijn manier van toenaderen, en toen ze dat uitsprak zei hij: "Daar moet je doorheen, daar zit nou juist je probleem", en hij begon haar uit te dagen. Eng vind ik dat. Ik heb haar dan ook met klem aangeraden om een andere therapeut te zoeken, en gelukkig heeft ze dat ook gedaan. Ze was echt van de kaart'.
-
Besef van verhoudingen en macht: de strohalm
In sommige situaties waarbij de deelnemer of cliënt zich niet vitaal voelt maar in situaties verkeert van overspannenheid, overwerkt, burn-out (voilá, geef er een naam aan), zal jij als professional moeten begrijpen in welke situatie je je bevindt. Al te gauw is de hulpverlener de laatste strohalm waar de cliënt zich in zijn gevoelens van radeloosheid of machteloosheid aan vastklampt. En daarmee is de afhankelijkheidsrelatie geboren. Je bent geen strohalm maar hulpverlener en in jouw rol mag je meedenken met jouw klant, cliënt of coachee.
-
Over-betrokkenheid of de rol van redder is funest
Wanneer je als professional te betrokken raakt (overbetrokken) op de situatie van jouw klant of op de cliënt zelf dan is er een einde gekomen aan het traject en ben je niet meer in staat die hulp te bieden waarom gevraagd wordt. Dat geldt wanneer je als hulpverlener overbetrokken raakt of wanneer je je over-verantwoordelijk gaat voelen voor de ander. Je hoeft de situatie van jouw klant of cliënt niet op te lossen: je bent aangesteld om met jouw cliënt mee te denken en om jouw klant te helpen om situaties op te lossen.
-
Oordelen en perceptie: de eigen bril thuislaten
Jouw vak vraagt een bijzondere vaardigheid of een bijzonder inzicht. Wat je hoort van jouw klant moet je niet door jouw eigen bril bekijken. Je moet vooral leren kijken door de ogen van de klant zelf. Het gaat niet om jouw perceptie, kennis, inzicht of referentiekader. Juist niet! Immers dan hoor je jouw eigen verhaal wanneer jouw klant zijn/haar verhaal aan je vertelt.
-
Heeft de deelnemer hulpverleners nodig of heeft de hulpverlener deelnemers nodig?
Iedere hulpverlener kan het een keer overkomen om in de rol van redder terecht te komen. Daarvoor hoef je niet meteen naar de dokter. Als je er je maar tijdig bewust van bent en indien je het maar bespreekt en de juiste maatregelen neemt. Als het goed is heeft jouw cliënt jouw hulp nodig en niet andersom. Ik doel daarbij op hulpverleners die de cliënt nodig hebben om in eigen behoeften van aandacht en zelfs bewondering te voorzien. Zij genieten van de bewondering en afhankelijkheid van de klant en leven er als het ware van. De eigen behoefte aan waardering en erkenning en de eigen behoefte aan aandacht vullen zij met het applaus van de deelnemer.
-
De hulpverlener als redder
De hulpverlener die gaat optreden als redder staat eigenlijk altijd klaar voor een ander. Hij is behulpzaam, zorgzaam, inlevend, invoelend en heeft een en al aandacht voor zijn deelnemers. Op zich zijn dat mooie eigenschappen maar toch zit er een addertje onder het gras. De redder heeft vaak één groot vraagstuk en dat zijn grenzen. Regelmatig gaat hij over de eigen grenzen heen maar soms gaat de redder ook over de grens van de ander heen.
De rol van dader, redder en slachtoffer heb ik beschreven in de serie over de spiraal bij ineffectieve communicatie. Misschien moet je dit lezen voordat je je verder verdiept in de hulpverlener en dan vooral ook het onderscheid tussen de drie rollen:
- de rol van dader
- de rol van slachtoffer
- de rol van redder
Afhankelijkheid of aanhankelijkheid
Zodra jouw klant of cliënt afhankelijk van je wordt of zodra jouw klant gevoelens van aanhankelijkheid voor je krijgt is het drama geboren. Zeker voor de klant zelf! Het boek van Esther van Marle illustreert dit drama. De titel van dit boek zou kunnen zijn: ‘verliefd op mijn laatste strohalm’. Maar weet je: strohalmen verbranden snel. En daarna komt de ontreddering en deceptie.
Het boek is een levensverhaal van een vrouw die in een burn-out terecht komt en zich laat bijstaan door een haptonoom. Ze wordt verliefd op haar hulpverlener en hoewel ze een gezin heeft (man en twee dochters) beschrijft het boek hoe ze afhankelijk wordt van haar hulpverlener. Hoe kon dit gebeuren en hoe kwam ze er overheen?
Wil je meer informatie over het boek?
- Titel: verliefd op mijn therapeut
- Auteur: Esther van Marle
- ISBN10: 9065231072
- ISBN13: 9789065231079
- te bestellen bij: Bol.com
De juiste distantie in leidinggevende functies
Grensoverschrijdend gedrag
Lees ook mijn artikelen over grensoverschrijdend gedrag.
Afstand en nabijheid in de juiste proporties speelt zeker ook een rol in leidinggevende functies. Zie ook: valkuilen leidinggevende, manager of ondernemer.
-
Te veel afstand leiding – medewerker
Wanneer er te veel afstand bestaat tussen de leidinggevende en zijn medewerkers:- voelen teamleden zich niet gehoord of begrepen
- hebben teamleden het gevoel dat ze onvoldoende gesteund worden
- ervaren medewerkers dat ze te weinig waardering krijgen
-
Te weinig afstand leiding – medewerker
Echter: wanneer er te weinig afstand of distantie is tussen de leiding en de medewerker:
- wordt de sfeer te informeel en te close
- wordt het moeilijk voor de leidinggevende om medewerkers aan te spreken op ongewenst gedrag
- staat het de bedrijfsresultaten in de weg
- ga je té amicaal met elkaar om
- kunnen andere medewerkers het gevoel hebben dat sommigen een voorkeursbehandeling krijgen en dat zij achtergesteld worden of minder belangrijk zijn
- is het onderwerp objectief beoordelen onmogelijk geworden
- ontstaan er afhankelijkheidsrelaties (eenzijdig of wederzijds)
- kan de leiding of de medewerker in de reddersrol terecht komen (overigens ook in de slachtofferrol)
- ontstaan er ongezonde relaties op de werkvloer
Persoonlijke effectiviteit
Wil je een training Persoonlijke Effectiviteit volgen?
Dat kan! Bekijk de mogelijkheden:
- individuele training
- 2- daagse teamtraining
Doe de test!
Bij De Steven kun je een uitgebreide analyse doen om inzicht te krijgen in jouw kwaliteiten, eigenschappen, persoonskenmerken en valkuilen.
Zo krijg je inzicht in jouw ontwikkeldoelen.
Auteur
Dit artikel is geschreven door Jan Stevens.