Inzetbaarheidsgesprekken: dialoog bij duurzame inzetbaarheid
De dialoog of het goede gesprek is de belangrijkste factor voor het realiseren van duurzame inzetbaarheid binnen organisaties. Dat lijkt simpel maar een goed gesprek blijkt in de praktijk nog niet zo gemakkelijk te zijn. Het goede gesprek gaat in essentie over wat goed gaat in het werk, waar iemand energie van krijgt en hoe iemands kwaliteiten nog beter ingezet kunnen worden om het organisatieresultaat te verhogen.
Vaak gaan gesprekken echter over wat niet goed gaat en waar verbetertrajecten op los gelaten moeten worden. De energie die nodig is om te verbeteren wat niet goed gaat, gaat vaak ten koste van de energiewinst die ontstaat als je de dingen kunt doen waar je competent en gemotiveerd voor bent.
Zo creëer je middelmatigheid en draag je niet bij aan optimale organisatieprestaties en duurzame inzetbaarheid.
Hoe wel?
Optimale prestaties en werkplezier ontstaan door in te zetten op versterken van motivatie, competenties en vitaliteit van medewerkers in relatie tot de wensen en behoeften van de organisatie nu en in de toekomst. Het goede gesprek gaat op inhoud over het verbinden van doelstellingen van organisatie en medewerker, afspreken wat gedaan moet worden, wie waar verantwoordelijk voor is en hoe ondersteuning plaats vindt.
Training duurzame inzetbaarheid
Bekijk de training duurzame inzetbaarheid.
Training inzetbaarheidsbevordering medewerkers
Bekijk de training inzetbaarheidsbevordering voor medewerkers.
Voorwaarden
Voordat het gesprek op inhoud gevoerd kan worden zijn er echter een paar voorwaarden.
-
Vertrouwen en veiligheid
Op de eerste plaats moeten de gesprekspartners elkaar vertrouwen en moet er veiligheid zijn om de dingen te zeggen die gezegd moeten worden. Er moet respect zijn voor ieders standpunten, belangen en achtergronden. Om dit te kunnen moet je de ander kennen en weten wat zijn of haar kwaliteiten, belangen en achtergronden zijn. Het gaat om de manier waarop je met elkaar omgaat, de relatie, de verwachtingen, de beelden over elkaar en de sfeer tussen beiden.
-
Niet vrijblijvend
Op de tweede plaats is het goede gesprek over duurzame inzetbaarheid geen vrijblijvend gesprek bij de koffiemachine. Er moeten uiteindelijk voor beide partijen zinvolle afspraken worden gemaakt die vastgelegd worden en waar beide partijen op terug kunnen vallen. Het is ook een formeel gesprek tussen werkgever en werknemer waarop wettelijke regelgeving van toepassing is. Met name het bespreken en vastleggen van de gezondheid van medewerkers mag niet zomaar en moet voldoen aan strenge eisen van de privacywetgeving. Het moet ook duidelijk zijn wie waarover een besluit kan nemen. Heeft de leidinggevende bijvoorbeeld de bevoegdheid om interventies in te zetten zoals scholing en coaching of mag en kan hij besluit nemen over aanpassingen in het takenpakket van de medewerker?
Voor het goede gesprek gelden dus regels en afspraken. -
Wederkerigheid tussen leidinggevende en medewerker
De derde en vaak meest lastige voorwaarde is dat er ruimte moet zijn en aandacht voor ‘wederkerigheid’ tussen leidinggevende en medewerker.
De wederkerigheid bestaat bij de gratie van de vrije ruimte tussen betrokkenen, dat wil zeggen dat beide gesprekspartners in staat moeten zijn om tussen hem en de ander vrije ruimte te laten bestaan. Dit is ruimte die niet door een van beide partners wordt ingenomen, maar die door beide mag worden gebruikt om anders te zijn dan dat de ander graag wil dat je bent. In de vrije ruimte is er respect voor ‘het andere van de ander’. In het goede gesprek komen de kaders van de vrije ruimte aan de orde.
-
Tijdig
De vierde voorwaarde heeft te maken met tijdigheid. Het goede gesprek moet gevoerd worden als het goed gaat en met enige regelmaat. Op het moment dat je in gesprek gaat om problemen op te lossen ben je te laat. Dat betekent niet dat er op dat moment geen gesprek moet volgen maar het gaat dan niet meer om het bevorderen van wat goed gaat maar om herstelacties om verdere schade te voorkomen.
Afstemmen organisatiebehoefte en medewerkerbehoefte
Het idee achter het goede gesprek is dat zowel belangen van de individuele werkende als die van de werkgever en de organisatie op tafel komen. Binnen dit speelveld wordt gezamenlijk gezocht naar een optimale mix van taken, eisen en ondersteuning om de gewenste prestaties te leveren. Eventuele knelpunten worden zoveel mogelijk vooraf in kaart gebracht en besproken. Problemen in de uitvoering worden tijdig aangekaart en adequaat opgelost.
In het goede gesprek is de rol van de leidinggevende niet meer sturend en corrigerend maar ondersteunend (vragen stellen, spiegel voorhouden, andere relevante perspectieven tonen).
Het is de taak van de leidinggevende om de medewerker steeds meer zelf te laten nadenken over zijn/haar rol en bijdrage aan de organisatie.
Door als medewerker zelf na te denken over eigen verwachtingen, rol, eigen regie en dit af te stemmen met team- en organisatiebehoeften ontstaat eigenaarschap en gevoel van verantwoordelijkheid. Zo kan een goed gesprek leiden tot betere prestaties en werkplezier.
Open deuren allemaal? Zeker, maar o zo moeilijk in een goed gesprek te hanteren en je niet vanuit ‘command and control’ op de inhoud te storten.
Gezonde organisaties en teams
Lees onze artikelen over gezonde organisaties en teams.
Duurzame inzetbaarheid
Bekijk onze dienstverlening op het terrein van duurzame inzetbaarheid.
Auteur
Dit artikel is geschreven door: Peter Weustink